In oktober ga ik vrijdag de 13e – hoe kun je het gepland krijgen? – en zaterdag de 14e twee dagen werken aan het boek. Ik begin deze tweedaagse met een woordenaantal van 39.175. Uiteindelijk hoop ik tussen de 60.000 en 80.000 woorden uit te komen (niet per se in deze twee dagen), dus we zijn aardig op weg.
Het is ook noodzaak om vaart te maken; een deel van de thematiek is dusdanig aan verandering onderhevig dat gedane uitspraken alweer gedateerd zijn als de spreekwoordelijke inkt droog is. Om een voorbeeld te noemen:
In een hoofdstuk beargumenteer ik dat bier uit blik op meerdere fronten beter is dan bier uit een fles. Voornaamste argument: het scheelt je ritjes naar de glasbak.
Voel je ‘m?
Een paar weken na het schrijven besloot ‘de polletiek’ om statiegeld te laten heffen op blik, waardoor enkele alinea linea recta naar het digitale cylindervormige archief konden. Ergo: hoe sneller ik dit boek af krijg, hoe minder de realiteit de kans krijgt om het geschrevene in te halen.
Ik houd jullie op de hoogte.